Logo dsCH 

Hemelvaart

Als we het verhaal van de Hemelvaart al te letterlijk opvatten gaan we er ook letterlijk de mist mee in.
Het is daarom van belang om de eigenlijke en wezelijke betekenis ervan op het spoor te komen en ik denk dat ik dat doe door allereerst naar mijn verjaardag te verwijzen. Toen ik jarig was begon iemand zomaar ineens luidkeels een lied te zingen en dat ging over ‘leven in de gloria’ en ‘hij leve hoog’. Het was geenszins de bedoeling van de zangeres, dat ik omhoog zou vliegen of zweven, maar zij zong mij een lang en verheven leven toe. Hoog leven en leven in de gloria zijn beelden van leven dichtbij God.
In die betekenis gebruiken wij inderdaad het woord ‘hoog’, ‘verhoging’, ‘verheffing’ en dat is precies wat met hemelvaart aan de orde is.
Toen ik een jongeling van een jaar of 17 was, kwam ik regelmatig bij een van mijn vrienden thuis. En een van die vaders werkte bij de waterleiding en woonde bij de watertoren. Die man vond mij een toffe peer, zo liet hij vaak merken, maar toen ik iets gedaan had wat hem minder aanstond, toen zei hij opeens: Cees, jij stond bij mij helemaal boven aan de watertoren, maar nu ben je van deze hoogte afgevallen en sta je helemaal beneden. Ik had in zijn ogen een diepe val gemaakt en hij gebruikte daarvoor het beeld van hoogte en diepte.
Met Jezus is dat precies zo het geval, maar dan andersom: hij komt uit de diepte van de menswording, het lijden aan het bestaan, begonnen aan het begin van de 40 dagen, de zwaarte van het lijden en de diepgang van de dood en dan komt Hij aan het licht als geliefd kind van God en Hij wordt verhoogd en mag zitten aan de rechterhand van God, wat wij vieren 40 dagen na Pasen. Het wordt weliswaar verteld en voorgesteld als een reis door de ruimte – er worden beelden van hoogte en diepte gebruikt – maar in werkelijkheid gaat het om een spirituele reis, om een kwaliteit van bestaan, om een toetreden tot een hogere orde, waartoe Hij in wezen altijd al behoorde.
Zoals ik niet letterlijk van de watertoren viel – en toch in zeker opzicht een smak, een vernedering doormaakte – zo moeten wij ook ruimtevaart buiten de hemelvaart houden, anders raken we het spoor volledig bijster.
We zouden het ook nog op een iets andere manier kunnen benaderen door ons af te vragen: wie mag er aan de top staan? Wie krijgt de hoogste eretitel?
We kunnen denken aan de wereld van de sport: degene, die de beste prestaties neerzet mag op het podium staan en krijgt goud om zijn of haar nek. Of op het terrein van de politiek gebeurt het dan men zich afvraagt: wie was de politicus van het jaar en dan komt er altijd wel eentje uit de bus. En wat dacht u van de prijzen in de wereld van de literatuur en de wetenschap: wie strijkt er dit keer met de hoogste eer? De beste natuurlijk.
Maar nu kijken we nog even naar de betekenis van hemelvaart en dan kunnen we zeggen, dat hiermee uitgedrukt wordt, wie Godzelf de Eerste en de Beste vindt. Wie mag op het erepodium staan, wie krijgt goud omgehangen, wie mag naast de Koning staan?
Het is Jezus, u weet wel, die man van smarten en die man die goed deed, maar geen goed ontmoette. Integendeel, Hij ging er onderdoor. Ze moesten hem niet, uitgestoten en uitgesloten werd Hij. En uiteindelijk eindigde Hij aan een hout en de zon werd verduisterd en de aarde beefde. Iedereen zei of dacht: die man is een loser; die mens heeft geen toekomst; die arme stumper gaat zijn eigen ondergang tegemoet; die profeet moet zijn mond houden; van hem kunnen we niks verwachten. Maar Hij deed ook niet anders dan in woord en daad de liefde leven en de mensen hoop geven. En zo bracht Hij God in beeld en bracht Hij Hem ons nabij. Sprekend zijn Vader zei men van deze Zoon!
En al leek Hij van God en mensen verlaten op het laatst, toch was Hij de mens naar zijn hart. God is Hem nabij, ook al denkt hijzelf, dat Hij hem heeft verlaten; God vindt hem een kanjer van de eerste orde, die heeft laten zien wat mens-zijn betekent; er werd over hem gezegd: Zie, de Mens! Ja, dat is de Mens, lijdend en overwinnend, gehoorzaam ten dode en toch ook levend in de gloria.
Nu kunnen we niet anders dan er over spreken en nadenken in termen van eerder en later, voor en na. Maar eigenlijk is er sprake van een voort-durende continuïteit en gelijktijdigheid, zoals wij het gloria zingen na het Kyrië, maar eigenlijk zou je het gelijktijdig moeten zingen, want ieder Kyrië wordt in wezen mee opgenomen in het Gloria , want in de duisternis schijnt het licht en Gods onferming volgt niet op onze smeekbeden, maar gaat er wezenlijk aan vooraf.
Ik wil nu eindigen met een woord van Paulus, die volgens mij met zijn woorden precies zegt, wat ik ook zelf met een paar zinnen en voorbeelden heb willen zeggen:

5 Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. 6 Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, 7 maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens verschenen, 8 heeft hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood – de dood aan het kruis. 9 Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, 10 opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, 11 en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader.

Goede God, wij danken en loven U vanwege deze bijzondere dag en deze uitzonderlijke viering. U bent bij ons gekomen in de gestalte van een mens, in de persoon van Jezus de Christus en Hij was onder ons als een , die diende en Hij heeft ons bevrijd van eigenwaan, verlorenheid en vervreemding. En Hij heeft een ereplaats bij U gekregen en ook wij zijn in Hem begrepen en zo weten wij ook onszelf altijd in uw nabijheid.
Wij bidden voor de wereld in deze tijd, die zo eigenzinnig en eigenmachtig haar gang gaat, maar U laat niet los het werk van uw handen en daarom hebben wij vrijmoedigheid om te bidden voor hen, die zich verloren voelen, voor wie de hemel te ver weg en te hoog is, voor wie in duisternis verkeren en geen hand voor ogen zien. Vertroost hen en ook ons met uw nabijheid en doe ons ervaren, dat U ons niet alleen laat.
Doe ons ook uitzien naar de komst van uw Geest, in ons midden en in het midden van de wereld, dat alle mensen inspiratie opdoen uit het verhaal van Jezus, de Levende en hoop put uit zijn toekomst.
Laat komen, Heer, uw Rijk, zo lang verwacht, zo sterk naar verlangd door al uw kinderen en alle mensen, die leven vanuit de hoop en in verwachting, o Heer, hoor ons gebed.

A

B

C

D

E

G

H

I

J

K

L

M