Zin in wandelen
ZIN IN WANDELEN
In Meppel bewandelt men andere wegen
Inleiding
Wie wandelt ‘verwandelt’, wie wandelt verandert. Wandelen is goed voor de fysiek en ook voor de psyche. En als je met elkaar wandelt kom je nader tot elkaar en ontwikkelen zich nieuwe gezichtspunten. En er komt vaak ruimte voor andere denkbeelden. Het landschap, waarin men wandelt kan een metafoor worden van de situatie, waarin men zich bevindt en de kronkelpaadjes beginnen te lijken op de vele wendingen in je leven. En al wandelend wordt je hoofd leger en je hart voller.
Zin in wandelen
In 2009 heb ik in het kader van Vorming & Toerusting het initiatief genomen om te starten met “Zin in wandelen”. Gespreksgroepen, thema-avonden en bezinningsbijeenkomsten waren er al in overvloed en de animo daarvoor nam ook gaandeweg af. Veel gemeenteleden vinden het best boeiend om met elkaar in gesprek te gaan over het geloof en de betekenis ervan voor het leven (en de wereld), maar in een groep durft men er vaak niet zo openhartig over te praten. Een wandeling daarentegen maakt niet alleen de spieren los, maar ook de tongen.
Zo riep ik mijn gemeenteleden in september 2009 op om samen eens een wandeling te gaan maken. “Kom mee, naar buiten allemaal!” Wie zin had deed mee en de eerste keer meldden zich ongeveer 30 wandelaars.
De zaterdagmiddag leek mij het meest geschikte moment en zo wandelden wij toen door het landgoed ‘Dickninge’ en het was niet alleen gezellig en onderhoudend, het was ook zinvol. Op een andere, meer ontspannen manier was men met elkaar in gesprek over het leven, over de geloofsweg, die men bewandelde.
In perspectief
Het is interessant te zien, hoe in de Bijbel geloven en wandelen ook op elkaar betrokken zijn. Godzelf wordt als ‘wandelend’ door de Hof van Eden voorgesteld en van Henoch wordt verteld, dat hij wandelde met God. Tegen Abraham zegt de Here God: ‘Wandel voor mijn aangezicht en wees oprecht!’ En hoe ontroerend is het gesprek tussen vader en zoon, als zij op weg zijn naar de Moria? ‘Zo gingen die beiden tezamen’, uiteindelijk zwijgend en in afwachting van de dingen, die komen zouden (Gen. 22). Al wandelend komen de gesprekken op gang, maar de wandeling zelf is ook een metafoor geworden van de weg van het geloof.
Het gaan van de weg van de HEER is het gaan van de weg van de geboden. Het doen van de wil van God is hetzelfde als wandelen in de wegen van de HEER. De Godsvreze komt naar voren in een weldoordachte levenswandel. De joodse wet en traditie worden daarom wel aangeduid met het begrip ‘halacha’ en dat betekent letterlijk de weg, die men loopt of bewandelt.
Ook Jezus zelf was een echte ‘halachist’ of wandelaar. Samen met zijn leerlingen trok hij door het land van Galilea en Judea en onderweg voerde hij gesprekken met hen. En als een vreemde, derde persoon voegde hij zich bij die twee, die wandelden naar Emmaüs, waar hun de ogen opengingen voor de Opgestane! Hij was hun gespreksgenoot geweest zonder dat zij het wisten.
De eerste christenen werden ook wel aangeduid als mensen ‘van die weg’ (Hand. 9: 2).
Ook de bekende filosofische school de ‘Stoa’ ontleent haar naam aan de wandelingen, die men al filosoferend maakte temidden van de zuilengalerijen.
Kortom, al wandelend komt men nader tot zichzelf, de ander en God. (wordt vervolgd)
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De natuur in
Voor mensen uit de stad is wandelen in de natuur ‘natuurlijk’ een verademing. Daar kan men frisse lucht inademen en daar komt men tot rust. De natuur is een geschikt decor om in te wandelen en het kan de wandelaar op hogere en andere gedachten brengen. Of men door een wandeling tot een spirituele ervaring komt lijkt mij te ver gezocht of te hoog gegrepen. Ik zie de wandeling an sich liever als een spirituele ervaring dan als een weg erheen. Het wandelen verbindt je met de ander en samen kom je soms tot nieuwe inzichten of vergezichten. Wij trekken er niet op uit om net als Adam en Eva God in de natuur tegen te kunnen komen. Het zou ook naïef en pretentieus zijn om dat als ‘doel’ van deze activiteit te formuleren. Toch zijn onze wandelingen niet doel-loos en pretentie-loos. Niet voor niets heb ik deze gemeenteactiviteit “Zin in wandelen” genoemd. Men moet niet alleen zin in wandelen hebben – anders kan men beter thuis blijven – maar er zit ook een zin in, d.w.z. al wandelend kan er iets van zin oplichten, dat het leven goed is, dat het goed is er te zijn, omdat de hemel ons begroet (vrij naar Gez. 479).
Onze ‘natuurbeschouwing’ en onze ‘bedoeling’ lijken dan ook in geen enkel opzicht op die van bijv. Ds. J.F. Martinet, die in de 18e eeuw zijn kennis van de natuur inzette om de goedheid van God te demonstreren. Hij schreef een vierdelige “Katechismus der Natuur” (1778-1779), waarin hij op zijn manier voortdurend een verbinding aanbrengt tussen zijn geloof in God en zijn kennis van de natuur.
“De stille Uuren, myn lieve Leerling! welken ons thans vergund worden in deeze aangenaame Landstreek, zo wonder wél geschikt tot Natuurbeschouwingen, wil ik besteeden, Om U en my te verheffen tot den eeuwigen God, den aanbiddelyken Maaker van het Heeläl,...
De schoonheid en de volmaaktheid zyner Werken zyn zodanig groot, dat wy een streelend vermaak vinden, zelfs in de beschouwing van Boomen, van Weiden en van Wildernissen, waarin men anders waanen zou, dat hetzelve niet te vinden zou zyn”.
Wandelen, niet zweven
Nee, zo extatisch en didactisch begeven wij ons niet op pad. Wij blijven met beide benen op de grond en al geef ik meestal een gespreksthema mee of een regel van een lied, wij gaan nooit zweven. Dat is weer een heel andere tak van sport.
Eén van onze vaste deelneemsters zegt er dit over: “Wat het voor mij betekent?
In de natuur wandelen werkt sowieso heel bevrijdend: ik krijg lekker de gelegenheid "mijn bovenkamer te verfrissen". En dit te kunnen doen met een groep mensen waar je helemaal jezelf kunt zijn omdat je weet dat er over de basis van het leven gelijkgestemdheid is, werkt daar ook aan mee.
Daarbovenop komt nog eens het "thema", dat - weliswaar heel vrijblijvend - toch een dankbaar handvat is voor een goed gesprek.
Daarom werkt ‘Zin in wandelen’ voor mij mee aan het inhoud geven van het gemeente-zijn en de verbondenheid met elkaar te beleven”.
‘Zin in wandelen’ loopt van september t/m april en we gaan om de zes weken op pad. D.m.v. een melding in het kerkblad en een deelnemers-email-groep wordt de datum bekend gemaakt en vertrekt men vanaf het station (vast verzamelpunt) naar het startpunt van de uitgezette wandeling, die doorgaans anderhalf uur duurt. Bij stevige koude wordt er vaak voor warme chocomel gezorgd. Kortom, ‘Zin in wandelen’ loopt in Meppel als een trein!
Dr Cees Huisman, sinds 2000 PKN-gemeentepredikant in Meppel
www.dsceeshuisman.nl