Op z'n kop
Op z’n kop
De eerste week van november was een week vol (onaangename) verrassingen. Misschien is dat niet helemaal het goede woord, want je kon bepaalde ontwikkelingen en gebeurtenissen op je klompen voelen aankomen. Dat Trump niet herkozen zou worden was vooral ‘wishful thinking’ en dat de democratische en liberale gedachten het zouden winnen in een steeds killer en reactionair wordend politiek klimaat in de wereld bleek ijdele hoop. Ook in Europa maken anti- en ondemocratische krachten zich immers sterk en grijpen autocratische leiders de macht, zoals in Hongarije, Tsjechië, Italië, terwijl in andere Europese landen het verlangen naar het verleden hoogtij viert, zelfs als dat (donker)bruin is, zoals in Duitsland.
Dichterbij huis zien wij natuurlijk dezelfde ontwikkelingen. Rechts-populistische partijen liggen goed in de kiezersmarkt en na maandenlange onderhandelingen is er nu een vier partijen kabinet, dat vrijwel niet anders doet dan afrekenen met het tot nu toe gevoerde beleid en goede sier maakt naar de kiezers door gedane beloften met betrekking tot asiel, klimaat en cultuur te etaleren en streng uit te voeren, zo is de riedel, want zo spreekt en wil het volk!
Dat er veel grotere en meer urgente problemen zijn, die onze kritische aandacht verdienen wordt gemakshalve genegeerd. Hoewel onze regering met de mond belijdt achter Oekraïne te staan zal de grote vraag zijn of zij niet aan de leiband van Trump gaat lopen en genoegen gaat nemen met een onvoordelige oplossing voor dit land, dat als een neutrale machteloze rompstaat zal achterblijven. Niemand weet nog wat ‘de 24-uurs oplos-deal’ van Trump zal inhouden, maar dat het zoiets zal worden, daarover wordt al wel gespeculeerd.
Dan is er natuurlijk de nog steeds maar doorgaande oorlog van Israël in Gaza en Libanon, die door Israël nog steeds verdedigd wordt met het argument, dat al deze militaire acties noodzakelijk zijn uit nationaal zelfbehoud, maar dit argument is te doorzichtig om geloofwaardig te zijn. De ongelooflijke aantallen burgerdoden en kinderen in Gaza kunnen toch niet verdedigd blijven worden met het refrein, dat er zich Hamasstrijders of munitiedepots juist op die plekken bevinden? Dat de Nederlandse regering kritiekloos dit wraakzuchtige beleid van Netanjahoe blijft goedkeuren en verdedigen is God geklaagd.
Deze treurige en laffe houding kwam ook weer breeduit op het Nieuws naar aanleiding van de rellen en opstootjes in Amsterdam vóór en na de voetbalwedstrijd Maccabi Tel Aviv tegen Ajax. De naam van de club heeft ongetwijfeld een verwijzing in zich naar de vrijheidsstrijders, de Makkabeeën, uit lang vervlogen tijden, die (ook) geweld niet uit de weg gingen.
Ik ga het hele gebeuren in Amsterdam niet beschrijven, want die ‘gitzwarte’ nacht is uitvoerig op TV geweest en ieder, die maar voor de camera wilde verschijnen kon met een ontdaan en bleek gezicht zijn of haar afschuw over al dit antisemitisch geweld ventileren. Grote woorden werden uit de geschiedenis-kast gehaald: Kristalnacht, pogroms en sommigen zeiden zelfs, dat zij in Israël veiliger waren dan in Amsterdam. De hele verslaggeving had iets van een verdraaiing van de feiten en een bewust willen aansturen op het aanwijzen van de schuldigen, de mensen die het Israëlische geweld in Gaza afkeuren en opkomen voor de rechten van de Palestijnen. In Nederland schijnt dat onmogelijk te zijn en er kan blijkbaar maar één kant van het verhaal verteld worden en dat is de politieke koers van dit en het vorige kabinet om kritiekloos achter de Israëlische regering te staan. ‘Onopgeefbaar verbonden’, zo lijkt het adagium. Deze houding heeft oude wortels, begrijpelijke achtergronden, maar gelet op het huidige tijdsgewricht is een herziening daarvan beslist noodzakelijk. Ook in de kerk!
Toen de hervormde kerkorde van 1951 in haar belijden wilde opnemen, dat de christelijke gemeente een ‘onopgeefbare verbondenheid’ met Israël had werd dat mede ingegeven door de dramatische gebeurtenissen van de Tweede Wereldoorlog, maar ook door de stichting van de staat Israël in 1948. De kerk had duidelijk iets goed te maken en wilde een inspanning leveren om die verbondenheid – desnoods eenzijdig – uit te spreken. Die verbondenheid betrof echter het ‘volk’ Israël en had niet zozeer betrekking op de staat Israël, hoewel voor sommigen wellicht eschatologische dromen begonnen te herleven. Het artikel sprak vooral over het gesprek met Israël om de Schrift te verstaan m.n. met het oog op de komst van het Koninkrijk Gods. Het is natuurlijk een gevaarlijke misvatting het Koninkrijk Gods te versmallen tot de staat Israël, wat helaas in sommige delen van de kerk gebeurt.
Deze ‘onopgeefbare verbondenheid’ is dus een theologisch gefundeerd belijden en niet een politiek statement. De berichtgeving over de laatst gehouden synodevergadering laat zien, dat deze zaken maar al te gemakkelijk door elkaar gehaald worden en daarom tot grote verdeeldheid leiden en tot halfbakken compromissen, waarbij de geit en de kool gespaard worden en er geen krachtig protest hoorbaar is tegen de politiek van de staat Israël. Dat zou m.i. wel degelijk kunnen samengaan met het vasthouden van de ‘onopgeefbare verbondenheid’ met het volk Israël. Ook zou niet alleen de solidariteit met de Palestijnse christenen uitgesproken moeten worden, maar met het héle Palestijnse volk, dat verdrukt en gedecimeerd wordt.
We zijn dus deze week getuige geweest van verontrustende ontwikkelingen, van selectieve verontwaardiging, van moedwillig wegkijken en negeren van problemen, die er werkelijk toe doen. Antisemitisme wordt al gauw als beschuldiging ingebracht, waar in werkelijkheid sprake is van gegronde kritiek op het beleid van de Israëlische regering.
Zondag was ik als gemeentelid aanwezig in de dienst van De Drie Ranken, waar mijn collega ds. Hanneke Siebert de lezingen uit Leviticus 19: ‘Blijf geen wraakzucht of wrok koesteren, maar heb je naaste lief als jezelf’ en uit Markus 12 over het dubbelgebod van de liefde besprak. De haat en de wraak zullen uiteindelijk alleen maar overwonnen kunnen worden door de liefde, zo was de uitdagende en ook hoopgevende boodschap.
Uiteindelijk zal dat de huidige wereld op z’n kop zetten, waar iedereen naar verlangt en op hoopt.
Goochelen met (eindtijd-)data
De VS-ambassade in Jeruzalem:
hoe een Amerikaanse ambassade de wederkomst bespoedigt of goochelen met de eindtijd
De verhuizing van de Amerikaanse ambassade van Tel Aviv naar Jeruzalem wordt door veel christenen (m.n. in de VS) gezien als een belangrijke stap in de goede richting. In de richting namelijk van de ‘wederkomst van Christus’. Op basis van verschillende Bijbelpassages en m.n. uit de profetieën kan men immers weten, dat Hij zal terugkeren op de Olijfberg, wanneer Jeruzalem de hoofdstad van Israël zal zijn en dit alles onder toeziend en instemmend oog van de Verenigde Staten. Men kan slechts tot deze geforceerde voorstelling van zaken komen, wanneer men de Bijbel laat buikspreken en de teksten, die men relevant acht, naar eigen hand en gedachten zet.
“Dit zijn schokkende beelden”, zo laat het Journaal ons bij voorbaat wel eens weten, wanneer beelden van aanslagen en verwoestingen worden getoond. Wat ik vandaag (22 mei 2018) in Trouw las over “Het einde der tijden: conservatieve christenen in Nederland zijn vaak in hun sas met Donald Trump. Zijn steun aan Israël bevordert namelijk de wederkomst van Christus” vond ik al even schokkend, zij het in een andere zin. Schokkend, omdat bijbelse eschatologische en mythische beelden over het Koninkrijk van God als piketpaaltjes worden ingeslagen, die bepaalde politieke gebeurtenissen moeten verhelderen en die ook zelfs beslissingen uitlokken, zoals nu onlangs de verhuizing van de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem.
Schokkend, omdat zo van de Bijbel een spoorboekje gemaakt wordt, dat precies aangeeft op welk station wij ons bevinden en hoeveel wij er nog te gaan hebben, alvorens het eindstation bereikt wordt. Dat Donald Trump daarbij een beslissende rol zou spelen, als ‘seinenman’ of conducteur, is al even schokkend als stuitend.
Schokkend, omdat de Bijbel – of zelf gekozen fragmenten daaruit – voor een kar(retje) wordt gespannen, waar zij helemaal niet voor wil en kan lopen. Je raakt het spoor volledig bijster, als je losse bijbelwoorden uit zijn context haalt en laat paraderen voor je zegekar van de eindtijd-ideologie. Al heeft Jezus duizendmaal gezegd, dat van die ‘ure’ niemand weet noch kan weten, men lapt het aan zijn (cowboy-)laars en als een enthousiaste puzzelaar legt men de stukjes één voor één op de wereldkaart en het voldoet al aardig aan de eigen verwachtingen en bedoelingen. Dat heet dan ‘het bijbelse plaatje’, maar het is vooral het eigen plaatje, dat men heeft uitgetekend en dat al behoorlijk begint te ‘lijken’. Geen wonder, want zo gaat dat meestal met ‘selfies’.
Het is vooral ook schokkend, omdat het zo dwaas is. Net zo dwaas, als wanneer je vanuit de verhalen van die andere Donald (of die andere Duck, zo je wilt) zou menen te kunnen bepalen, waar ‘Verwegistan’ ligt en wanneer je denkt het oer-dubbeltje van Dagobert ergens te kunnen vinden.
Bovendien – en tenslotte – is het einde der tijden niet aangebroken (“Het zal geschieden in het laatst der dagen”, zei Joël toch?), toen op de eerste Pinksterdag de Geest werd uitgestort ‘op alle vlees’? Is Jezus niet tot ons (terug)gekomen in de Geest en inspireert en vervult Hij ons zo niet dagelijks met zijn kracht en wijsheid en wordt zo de wereld niet stukje bij beetje ‘a better place’?
De bijdragen van Trump en Netanjahoe daaraan vind ik vooralsnog tamelijk dubieus.
"...and the winner is?!"
Preek gehouden op de 4e zondag na Epifanie 29 januari 2017 in de Oude Kerk n.a.v. Mattheüs 5: 1-12, waarin Bé en Anja Hagedoorn werden bevestigd in het ambt van diaken en Joyca van der Linde in het ambt van ouderling.
“...and the winner is?!”
“....and the winner is...?!” zo eindigt vaak een spannende wedloop of de uitkomst van een spel of een loterij. De naam van de winnaar wordt genoemd en hij of zij mag de prijs in ontvangst nemen: een gouden kalf, een televizierring, een cheque, een kruisje, een bokaal, een auto, een miljoen...wat niet al. Gelukzaligheid straalt van de gezichten van de winnaars af. Zij hebben het getroffen, zij zijn goed af, zij hebben geluk gehad of zij hebben het beste gepresteerd!
Je komt het tegen in de wereld van de sport, van het entertainment, van de politiek. ...and the winner is: Donald Trump, de nieuwe president van Amerika!,...and the winner is: Klaas Dijkhof, de slimste mens van Nederland! And the winner is: Geert Wilders, de meeste virtuele stemmen bij de a.s. verkiezingen... en zo zou ik nog een hele tijd door kunnen gaan.
We bevinden ons hier in de wereld en de denktrant van het succes. Al die winnaars zijn succesvolle mensen, zij hebben het gemaakt, zij kunnen trots op zichzelf zijn en iedereen kijkt met bewondering, waardering en afgunst naar hen. Succes wordt hoog aangeslagen; wie geen succes heeft is een ‘loser’. Het is opvallend hoe graag mensen praten over het succes van zichzelf of van anderen.
Vooral in Amerika is er een enorme succes-cultuur ontstaan, die zelfs nog een christelijk sausje heeft gekregen. In sommige kerken wordt je geloof beloond met welvaart en materiële overvloed. God is een ‘God of prosperity’ en het Evangelie is ‘the Gospel of Good Success’. God beloont de harde werker en de durf-investeerder, de handige ondernemer en de slimme zakenman. Je geloof en de zegen van God kun je aflezen van je banksaldo en de omvang van je woning en je zwembad. Trump is de messias van dit prosperity-geloof, het boegbeeld van het evangelie van en voor de rijken. En als het tijdens de inauguratie begint te regenen is dat een bewijs van Gods zegen over dit presidentschap.
Een kind kan aanvoelen dat we hier ver verwijderd zijn van de bijbelse boodschap. Als Jezus deze verhalen zou horen zou hij zich omkeren in zijn graf – in dit geval, eerlijk gezegd, inderdaad niet zo’n passende opmerking – want Hij ziet het, Hij weet het en Hij treurt erover. Ik zou daarom liever zeggen: de regendruppels beschouw ik als de tranen van Jezus over zoveel misverstand, over zoveel hardvochtigheid en gebrek aan mededogen. Tranen over zo’n compleet misverstaan van alles, waarvoor Hij stond en altijd staan zal!
Laten we nu niet denken, ach, dat is Amerika. Zo’n potje maken wij er toch niet van, nietwaar?
Nu moet ik helaas constateren, dat het succesdenken ook in onze kerken is doorgedrongen. Als de kerk zélf een succes wordt is het Evangelie zelf vaak het eerste slachtoffer. Dat gebeurde bijv. toen de kerk in het Romeinse Rijk onder keizer Constantijn een staatskerk werd: het werd aantrekkelijk en bijna verplicht om bij de kerk te horen. Een grote toeloop, dat wel...maar wat bleef er over van wat Jezus ooit bedoeld had? De criteria en maatstaven, die Jezus in Gods Naam aanlegt en hanteert zijn totaal tegenovergesteld. Vanaf de berg klinkt in ons dof geworden oor: Zalig, ja gelukkig en te benijden zijn de armen van geest, de bedroefden en de barmhartigen, de vredestichters en de wanhopigen, ja, die in de wereld niet in tel zijn en uitgekotst en weggeduwd worden, die hebben een plaats in mijn Koninkrijk, zegt Jezus.
Hij kijkt veel anders naar de mensen dan wij doen. Hij kijkt niet naar degenen, die succes hebben – die redden zichzelf wel – maar naar degenen, die onderop liggen, de ‘losers’ en de verschoppelingen. Hij ziet om naar hen, naar wie niemand omziet en Hij helpt hen overeind en zegt hun toe een vrede, die alle verstand teboven gaat.
Het is uiteraard van groot belang, dat wij ook zelf leren kijken met de ogen van Jezus naar de wereld. Dat we niet zo gefocust zijn op wat al in aanzien staat, dat we niet zo gebrand zijn op wat succes boekt en waar ons trotse hart van opzwelt, maar dat we oog hebben voor het kleine en het nederige, het onooglijke en nietige, want daar gaat ook Gods hart naar uit. In Naam van Jezus zullen wij al die mensen hun waarde teruggeven door hen aan te spreken als beminden Gods. En dat dan niet op een goedkope, vrijblijvende manier, maar daad-werkelijk, door hen nabij te zijn en bij te staan, voorzover in onze macht en naar onze mogelijkheden. Niet de ogen sluiten of wegkijken, maar als helderzienden de armen en treurenden de hand reiken – diaconaal en pastoraal.
Daarom vond ik één gebed zo indrukwekkend bij de inauguratie van Trump – die van pastor Rodrigues, die de zaligsprekingen als format hanteerde om zo de president op te roepen zich in te zetten voor de armen, de bedroefden, de vredestichters en de ‘losers’...
Ook is het heilzaam onszelf te leren zien als degenen, die genoemd worden in de rij van verliezers en ontgoochelden. Dat wij onszelf toegesproken weten als ‘gelukkige mensen’, niet omdat we zo succesvol zijn, maar omdat wij een tekort hebben en omdat wij Iemand hebben leren kennen, die dat weet – van binnen uit – en die ons geneest van onze eigenwaan, ons zelfbedrog en die ons bevrijdt van het succesdenken.
...and the winner is? “Ik was naakt en jij hebt mij gekleed, ik was hongerig en jij gaf mij te eten, Ik zat in de gevangenis en jij kwam even langs...ik miste de boot, maar jij nam me op sleeptouw, alle mensen keerden zich van mij af, maar jij zag me staan”. ...and the winner is??
Er was een man en die was op zoek naar het geluk. En hij dacht dat het overal te vinden zou zijn en hij stapte op een boot om op reis te gaan, op zoek naar het geluk. Maar het werd donker en het begon te stormen en na een paar dagen van heen en weer geslinger en kotsen over de reling meerden ze eindelijk aan zonder te weten waar ze waren beland. En hij stapte uit en hij zag de eerste de beste stad, die hij tegenkwam en hij was helemaal onder de indruk van wat hij allemaal zag. Hier wil ik wonen, zei hij, in deze stad word ik echt gelukkig. En hij stapte een willekeurige straat in en plotseling kwam hij tot de ontdekking, dat hij voor zijn eigen huis stond. Hier was het geluk te vinden, precies daar waar je bent. Omhels het leven precies zoals het zich aan je voordoet en zo zul je gelukkig zijn. Daarom staat er: zalig de armen van geest, zalig de treurenden, zalig wie het niet zo gemakkelijk heeft, want zij vangen een glimp van God op in hun Godvergeten bestaan. In de diepte ervaren wij hoogte, in de verlorenheid het gered-zijn, in de vervreemding de aanvaarding, in de treurnis een diepe blijdschap, een ongekend verlangen naar heelheid en geborgenheid, waarin God zal zijn alles in allen!