Jona 3

PREEK OP DE STARTZONDAG VAN HET SEIZOEN 2011-2012 N.A.V. JONA 3: LIEFDE IS...

Het boekje Jona houdt ons een spiegel voor. Zo aan het begin van het seizoen is dat wel goed, denk ik. Het is een beetje een lachspiegel, bedoeld om onszelf eens op een andere manier te zien. Niet te zwaarwichtig, met een beetje zelfspot. Dus een beetje ontspannen, graag...want Jona is een boek vol gein en ironie. Daarom heb ik er voor gekozen om mijn preek te laten bestaan uit 8 cartoons, 8 tekeningen die ik u in volgorde laat zien. Schetsjes uit de losse pols...open uw oor en verruim uw blik en uw geest!
Op de 1e tekening zie ik een strand, een ruwe zee en in de verte nog net een hoge zwarte rug, waaruit aan de voorzijde een fonteintje spuit. En op het strand staat een eenzame figuur, doorwaternat, in een gestreepte zwembroek en verder niks om het lijf. Kortom, een wat meelijwekkend figuur, een drenkeling, die zich afvraagt waar hij nu toch verzeild is.
Op de 2e tekening zie ik diezelfde figuur kordaat stappen, een boek onder z’n arm en strak in het pak. Dat heeft hij zeker onderweg ergens op de kop getikt. Het is niet meteen duidelijk wat hij gaat doen of waar hij naar toe gaat, maar het boek onder zijn arm doet denken aan een vertegenwoordiger met een catalogus of een evangelist met een Bijbel of een diplomaat met een koffertje (eigenlijk kun je niet zo goed zien wat hij onder z’n arm draagt, vandaar deze meervoudige interpretatie).
Op de 3e tekening naderen we een kruispunt en er staat een verkeersbord. Verschillende plaatsen met afstand in km’s staan er op: Jeruzalem 60 km., Londen 3050 km, Nineve 613 km. Je kunt zien, dat de man in het pak aarzelt. Zal hij richting Jeruzalem gaan of Nineve? Het wordt Nineve, zo blijkt uit het volgende plaatje.
Plaatje 4 probeert in het hoofd van de profeet te kijken. Je ziet hem a.h.w. denken en overleggen bij zichzelf: ik ga naar Nineve, maar wat ga ik daar precies doen? Het is een nogal ruige stad, de mensen nemen het niet zo nauw met de moraal – ze bedriegen en bedreigen elkaar, ze stelen en moorden alsof het niks is, ze liegen en vernielen, plassen door de brievenbus en trekken zich van niemand iets aan, van God los, zeg maar. Maar, hoe ga ik daar mijn boodschap vertellen en welke boodschap precies? Kijk, dat is een lastige vraag.
Laten we meekijken in het hoofd van Jona en proberen met hem in gesprek te gaan over deze kwestie. We zouden kunnen opperen: he, Jona, nu komt het wel aan op communicatievaardigheden. Misschien moet je eerst nog even een opfriscursus retorica volgen en enig missionair elan mag ook niet ontbreken, natuurlijk.
Of we zeggen tegen hem: laten we meteen tot de kern van het hele evangelie doordringen en zeggen: God is liefde! Punt uit... En liefde is... Nou, daar kunnen we dan ook wel een paar dingen over zeggen. Liefde is vergeving en opnieuw beginnen. Liefde is jezelf inzetten voor de ander. Liefde is het hart van alles, als je de liefde mist dan is je prediking ook een klinkende snerp en een holle trom... All you need is love...that’s it, Jona!
Even tussen door...ik sprak pas een collega van een ander kerkgenootschap hier in Meppel en het ging over op bezoek gaan bij mensen enzo...en of je dat zo maar ongevraagd kan doen en wat kom je dan eigenlijk doen. Ga je de problemen van de mensen oplossen, ga je ze adviezen geven e.d. Nee, zei hij, als ik in zo’n probleemgezin kom, dan ga ik eigenlijk eerst zeggen: ik kom van jullie houden. Daar hebben we toen natuurlijk verder over doorgepraat, wat dat dan precies inhoudt en hoe je dat laat merken enz., maar de kern van de zaak is treffend samengevat: pastoraat is een vorm van liefhebben. Want je kunt alles nog zo goed geregeld hebben en ijverig alles doen, maar als de liefde ontbreekt is het inderdaad een ijdel gebeuren, leeg.
Ik kom van jullie houden. Toen ik een paar jaar geleden voor mijn vakantie nog bij een paar mensen langs ging zei een van hen: zo, nu kunt u mij ook van uw lijstje schrappen. Ik schrok daar wel van en het deed me beseffen: Pastoraat is inderdaad iets anders dan lijstjes afwerken: het is eerder er belangeloos zijn voor de ander, je aanwezigheid een afstraling van God laten zijn: Ik ben bij je, ik heb tijd voor je, alle tijd. Ik kom van je houden! Is dat ook niet iets voor Nineve, Jona? Maar in het hoofd van Jona is het nog een grote warboel en ik zie er veel bliksems, sterretjes en doodskoppen. Hij heeft een heel ander plan in gedachten.
En dat zien we dan op het volgende 5e plaatje: We zien een stad met de contouren van een metropool: wolkenkrabbers en brede straten, veel mensen op de been en temidden daarvan een profetische stip: Jona op een zeepkist. Wat valt er te zeggen in die omgeving, waar mensen druk in de weer zijn met hun werk, geld en gezin? Te spreken over de liefde van God, dat lijkt Jona parels voor de zwijnen gooien. Veel te soft ook. Daar breng je mensen niet mee tot bezinning. Nee, het moet een beetje harder en directer en al denkend komt hij op de volzin, die uit zijn mond rolt, telkens weer als een mantra: Nog 40 dagen en Nineve zal worden omgekeerd! Het is Armageddon-tijd. De wereld loopt ten einde! Op het volgende 6e plaatje zien we alle mensen in zak en as, helemaal verbouwereerd en ontzet. De donderpreek had effect gehad, boven alle verwachting. De mensen waren tot inkeer gekomen, hadden zich bekeerd en zo was Ninive inderdaad omgekeerd: de stad stond op z’n kop en alles werd anders, nieuw: God in de hemel verheugde zich over deze ommekeer, zoals iedere engel zich verheugt over de ommekeer van één enkele zondaar! Alleen Jona is niet blij. En dat zien we op het volgende, 7e plaatje. Hij gaat buiten de stad zitten wachten op een aardbeving of een meteoorinslag: het zou hun verdiende loon zijn en de bevestiging van zijn donderpreek. Maar er gebeurt niets...nou ja, het eigenlijke was al gebeurd, natuurlijk, maar daar had Jona geen oog voor. Het laatste 8e plaatje is een beetje opengehouden. Dat moet nog wat verder ingevuld worden, door onszelf. We zien wel Jona tegen een boom zitten – of, ben ik het, Heer? - en hij/ik zit te lezen in een boek en als je goed kijkt zie je de titel staan: Woorden van Geloof, hoop en liefde. En hij leest op blz. 21: Je kunt geven zonder lief te hebben, maar je kunt niet liefhebben zonder te geven. En hij ziet als in een soort droom een glas limonade voor zich staan, met twee rietjes er in en hij wil ze allebei naar zijn mond brengen...maar dan hoort hij een stem en die zegt: Nee, dit is de beker van de liefde van God. Die is niet voor jou alleen, maar deze liefde werkt alleen als je haar deelt. En toen zag hij, als in een visioen, dat de inwoners van Nineve en hijzelf uit dezelfde beker dronken en dat zij allen leefden van de liefde van God. Liefde is samen delen...samen geschreven staan in zijn handpalm, samen geborgen in zijn liefde, samen geroepen Hem te dienen, samen te leven voor zijn aangezicht, samen te werken in zijn wijngaard, samen het loon ontvangen: niemand meer, niemand minder...en daar blij mee zijn. Mokken hoort niet thuis in de kerk, maar blij zijn. Laat zo alles met liefde en met blijdschap gedaan worden het komend seizoen. Dat wensen we elkaar toe!